Het grootste gedeelte van de beschikbare ruimte in de Titanic werd ingericht voor de Eerste klas. Daaronder vielen:
– Squashhal
– Zwembad
– Fitnessruimte met diverse toestellen
– Rooksalon
– Bibliotheek
– Café
– Loungeruimte
– Eetzaal
– À-la-carterestaurant
Wat opvallend was waren het grote trappenhuis in de eerste klasse en de drie liften die de passagiers tussen de verschillende verdiepingen voerden. De grote buitengedeelten lagen aan weerszijden van de promenadedekken en aan het voorste gedeelte van het schip.
Voor de tweede klas was er minder ruimte gereserveerd:
– Eetzaal
– Grote zit- en rookruimte
– Bibliotheek
– Eigen lift
Als buitenverblijf diende het achtergedeelte van het sloependek en het twee etages lager gelegen brugdek.
De derde klas had niet veel ruimte:
– Zit- rookruimte
– Open ruimte in de boeg
– De eetzaal bevond zich diep onder in het schip en was onderverdeeld met waterdichte schotten
– Buiten was een klein gedeelte beschikbaar aan de boeg en op het gemeenschappelijke dek
Een belangrijk verschil tussen de Titanic en de Olympic was het voorste gedeelte van het oorspronkelijk open promenadedek, waar bij de Titanic kort voor de ingebruikname een wand met kleine ramen werd geplaatst om de passagiers tegen het opspattende water te beschermen. De beschermde promenade op de Olympic lag namelijk een verdieping lager, en de promenadedekken op de Titanic werden voor een deel gebruikt als privépromenades voor de duurste suites. Ook werd op de Titanic het à-la-carterestaurant uitgebreid, omdat dat op de Olympic heel populair was.
De veiligheidsuitrusting van de Titanic wekte veel belangstelling. Het schip gold als een technisch wonder en was uitgerust met volautomatisch sluitende deuren die tussen de zestien compartimenten waren geplaatst, zodat het schip door de media en de rederij werd bestempeld als onzinkbaar. Na de ondergang van de Titanic was de uitrusting van de reddingssloepen voor de onderzoekscommissie van essentieel belang.